Eindelijk dan lanceerde minister Christianne van der Wal-Zeggelink op maandag 12 juni 2023 de veelbesproken uitkoopregeling voor piekbelasters. Dat zijn hoofdzakelijk veehouders die met hun bedrijf de meeste stikstof over kwetsbare natuurgebieden uitstorten.

Eindelijk ook kunnen boeren nu zelf aan de weet komen of zij zich kwalificeren voor deze volgens Van der Wal ‘woest aantrekkelijke’ regeling. Door met ‘hulp van de snelstartgids in een paar eenvoudige stappen een berekening in AERIUS Check te maken’, zoals het RIVM belooft. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne is de genius achter deze verplichte rekenmachine voor elke vergunning die de natuur met stikstof zou kunnen opzadelen.

De naam geeft AERIUS de air van een compositie waar muziek in zit, maar de ritmiek is voor een normaal mens niet te volgen. Getuige ook de veehouder die op de maandag des oordeels voor een camera van de publieke omroep manmoedig achter zijn computer kruipt om even vast te stellen of hij een piekbelaster is. Na vele uren rekenarij en raadpleging van adviseurs wist hij het nóg niet. Deze boer was bepaald niet de enige. Te ingewikkeld en ondoorzichtig.

Bureaucratisch oerwoud

AERIUS is het summum van onnavolgbare overheidsregels voor natuurvergunningen waarmee de enorme veestapel in vooral Brabant en Gelderland in stand bleef. Om in dat bureaucratische oerwoud nog de weg te vinden zijn boeren afhankelijk van adviesbureaus die wortelen in de agro-industrie. Na afschaffing van het Europese melkquotum zetten deze consultants hun cliëntele aan tot schaalvergroting om de Chinese markt met Hollandse melk te gaan veroveren!

Juist de grote intensieve melkveehouderijen moeten nu met veel gemeenschapsgeld worden uitgekocht om de natuur van deze stikstoflast te bevrijden en plattelandsontwikkeling weer op gang te krijgen.

Het staat te bezien of minister Van der Wal met haar vrijwillige regeling vooral de grootste piekbelasters zal kunnen uitkopen. De toon wordt tot dusver gezet door wantrouwige boeren die hun veehouderij niet willen opgeven voor de natuur.

3000 piekbelasters

Maar liefst 3000 veehouderijen in den lande zijn door ’s rijks rekenmeesters aangemerkt als piekbelasters. Allemaal gesitueerd binnen een straal van 25 kilometer rond elk stikstofgevoelig natuurgebied dat onder Europese bescherming valt. Brabant telt 14 van deze zogeheten Natura 2000-gebieden waardoor de opkoopregeling zo’n beetje het hele territorium van deze provincie beslaat.

De vraag is hoeveel boeren woest aantrekkelijk kunnen worden uitgekocht met de bijna miljard euro aan gemeenschapsgeld die hiervoor beschikbaar is. Van der Wal hoopt op zo’n 600 stoppende piekbelasters. Dan wordt de financiële spoeling al dun.

Maar aantallen zijn minder belangrijk dan de locaties waar uitkoop het meeste effect sorteert. De hotspots in Brabant liggen rond de natuurgebieden Loonse en Drunense Duinen, Regte Heide/Riels Laag, Kempenland-West, Leenderbos/Groote Heide/De Plateaux, Ulvenhoutse Bos en de Brabantse Wal. Dit zijn de zwaarst door stikstof getroffen Natura 2000-gebieden, blijkens recente natuurdoelanalyses die werden gemaakt in opdracht van het provinciebestuur. Dat heeft op basis hiervan een vergunningenstop afgekondigd om te voorkomen dat de Brabantse natuur nóg zwaarder met stikstof wordt belast.

Om deze impasse te doorbreken moeten eerst veehouderijen worden uitgekocht die het meest schadelijk zijn voor de natuur. Maar melden deze boeren zich ook? In het Brabantse polderoverleg valt daar wellicht binnenskamers nog wat op te sturen, met hulp van belangenorganisatie ZLTO.

Te voorzien valt dat zeker ook piekbelasters op minder vitale plekken zich als stopper gaan melden: boeren die er toch al mee op willen houden en daarvoor nu de hoogste rijkssubsidie kunnen krijgen. Daar schiet de natuur weinig mee op.

Een andere vraag is of het rijksmiljard regionaal gespreid wordt ingezet (Nederland telt 162 Natura 2000-gebieden). Of wordt iedere piekbelaster die zich aanmeldt en kwalificeert uitgekocht volgens het principe wie het eerst komt het eerst maalt? Dat is allemaal niet bekend.

Met dergelijke strategische keuzes staat of valt het nut van de opkoopregeling. Hoe meer piekbelasters zich melden hoe lastiger Van der Wal het krijgt, zeker als het miljard opraakt en er boeren teleurgesteld moeten worden.

Als de opkoopregeling te weinig boeren trekt dan wel te weinig oplevert voor de natuur, heeft Van der Wal een nóg groter probleem. Dan zal de minister op de proppen moeten komen met dwangmaatregelen, waarover zij thans wijselijk zwijgt. Want de opkoopregeling start maandag 3 juli en loopt door tot en met 5 april 2024. Eerst maar eens zien hoe de hazen lopen. Ingrijpen kan altijd nog.

Zorgen voor de dag van morgen zijn er echter wel in Brabant. De Boer Burger Beweging (BBB) blies een bestuursakkoord met VVD, PvdA en GroenLinks op het allerlaatste moment af.

BBB-leider Caroline van der Plas maakt via twitter duidelijk dat haar partij ‘niet akkoord kan gaan met een maatregel die bij de rechter geen stand houdt’. Van der Plas doelt hier op de provinciale verplichting voor Brabantse boeren om stallen voor 1 juli 2024 te voorzien van nieuwe apparatuur waardoor minder stikstof en ammoniak de atmosfeer in gaan. Zulke apparatuur blijkt tot dusver niet betrouwbaar genoeg om nieuwe veevergunningen juridisch overeind te houden.

Zwaar hikt BBB ook aan tegen de vergunningenstop die het huidige provinciebestuur kort voor de statenverkiezingen van maart afkondigde. Van der Plas noemt deze maatregel in haar tweet ‘praktisch gezien ook onrealistisch en onhaalbaar, terwijl alternatieven voorhanden zijn’.

Tamelijk slechte toestand

Maar dat blijkt geenszins uit de feiten en overwegingen die ten grondslag liggen aan de vergunningenstop waartoe Brabant overigens als enige provincie besloot. Basis hiervoor zijn de rapportages over de tamelijk slechte toestand van 14 Natura 2000-gebieden en dan met name van de vele afzonderlijke soorten planten en dieren die daarbinnen volgens Europees voorschrift in stand moeten worden gehouden.

Het gaat om uitgebreide natuurdoelanalyses die onderzoekers van twee bureaus, Arcadis en Anteagroup, in opdracht van de provincie hebben gemaakt. Hun overwegende conclusies daaruit luiden dat een pas op de plaats noodzakelijk is om verdere schade te voorkomen, en de toestand te kunnen verbeteren. Dit voorzorgsbeginsel wordt in jargon aangeduid als ‘nee,tenzij’.

Deze negatieve kwalificatie is vooralsnog de nekslag voor de dubieuze handel in stikstofrechten waarmee de provincie al sinds jaar en dag activiteiten vergunt die Natura-2000-gebieden zwaarder belasten. Het gaat om rechten, gekoppeld aan oude maar nog rechtsgeldige natuurvergunningen, die gestopte veehouders voor 60 tot 70 procent mochten verkopen aan projectontwikkelaars, gemeenten en zelfs aan de provincie (die laat met deze rechten het grote bedrijventerrein Logistiek Park Moerdijk in West-Brabant aanleggen).

De resterende 30 tot 40 procent van deze rechten moesten de verkopende boeren inleveren. Dit offer werd ten provinciehuize aangemerkt als winst voor de natuur. Dat blijkt een verkeerde voorstelling van zaken.

De constructie met stikstofrechten die te boek staat als ‘externe saldering’ is slechts een verzachtende maatregel die alleen toelaatbaar is als de overbelaste Brabantse natuur eerst wordt ontlast. Dat komt naar voren in de juridische analyses die ten grondslag liggen aan de provinciale vergunningenstop.

Om projecten met stikstoftoename onder de huidige slechte omstandigheden via saldering te regelen, is in strijd met de Europese natuurbeschermingsregels. Dat volgt volgens deze analyses uit een uitspraak die de Raad van State in 2021 deed over het gebiedsproject Oostelijke Langstraat in de buurt van de Loonse en Drunense Duinen. Dat project wilde de provincie mogelijk maken met de aankoop van een melkveehouderij in de omgeving.

De vergunningenstop waartoe het provinciebestuur op 28 februari 2023 besloot, haalt in heel Brabant een streep door het salderen met stikstofrechten. De meer dan 100 vergunningen die op deze basis bij de provincie waren aangevraagd, worden niet meer verleend.

Concrete verbetering voor de Brabantse natuur is dus nodig voordat de provincie weer stikstofvergunningen kan verlenen die het gaan halen bij de Raad van State, de hoogste bestuursrechter. Maar zover is het bepaald nog niet.

Allereerst worden de rapportages over de 14 Natura 2000-gebieden op hun deugdelijkheid beproefd door de ecologische autoriteit. Minister Van der Wal riep deze club van deskundigen in 2022 in het leven om grip te krijgen op natuurherstel waar veel rijksgeld voor nodig is.

De autoriteit moet alle natuuronderzoeken in heel Nederland toetsen. Dat is veel werk. In Brabant had zij op 23 juni 2023 pas één rapportage afgewerkt: over de Oeffelter Meent, een natuurreservaat van 101 hectare aan de Maas in het Land van Cuijk.

Het moeilijke werk begint nog

Met straks alle ecologische adviezen op zak, begint het moeilijke werk. Per Natura 2000-gebied moeten onder provinciale regie maatregelen worden uitgewerkt om de natuurkwaliteit te velde op te krikken én de stikstofbelasting terug te dringen. Dan gaat het onvermijdelijk ook over de sanering van piekbelasters en dat is heikele materie. Hoe dan ook zullen er veehouderijen weg moeten.

Maar bij ontstentenis van een nieuw provinciebestuur gebeurt er helemaal niets.

Monsterverbond

Zes partijen in Provinciale Staten pogen nu een coalitie zonder de BBB te vormen. In dit bonte politieke gezelschap staan VVD, GroenLinks, PvdA, SP en D66 nog onverminderd achter de vergunningenstop. De zesde partij, Lokaal Brabant stemde laatst voor afschaffing, en is met haar twee zetels onmisbaar om dit monsterverbond aan de kleinst mogelijke Statenmeerderheid te helpen. Lokaal Brabant plaatst zich daarmee in het politieke centrum van geven en nemen.

Het stikstofdossier blijft dus een wespennest. Temeer daar de gematigde boerenorganisatie LTO, en daarmee dus ook de Brabantse ZLTO, een nationaal landbouwakkoord torpedeerde.

Het agrarisch beleid hangt meer dan ooit als los zand aan elkaar.